Eni. Raad van State annuleert de AGCM-bepaling in de Diesel+-zaak en definieert het concept van ‘groene claim’

Eni is verheugd over het besluit van de Raad van State, die na vier jaar de stelling van de Mededingings- en Marktautoriteit (AGCM) verwierp, volgens welke Eni een oneerlijke handelspraktijk had geïmplementeerd ten nadele van de consumenten voor de reclamecampagne van Eni Diesel+ brandstof.

De Raad van State heeft het beroep van Eni namelijk volledig aanvaard in de procedure waarin het bedrijf werd veroordeeld tot het betalen van een boete van 5 miljoen euro. In 2020 heeft de AGCM de valorisatie in termen van milieuvoordeel betwist van de groene component bestaande uit het percentage HVO (gehydrogeneerde biobrandstof) gemengd in diesel. Met de uitspraak van de Raad van State komt er een einde aan een affaire die Eni aanzienlijke economische en reputatieschade heeft toegebracht, wat de onterechte beschuldigingen van 'greenwashing' bevestigt, die nu totaal ongegrond blijken te zijn.

De Raad van State heeft definitief vastgesteld dat Eni geen oneerlijke handelspraktijken ten nadele van de consument heeft toegepast en dat de destijds door de AGCM geheven lasten als ongegrond moeten worden beschouwd, waarbij het beginsel wordt genegeerd dat termen als groen en soortgelijk kan nooit in verband worden gebracht met producten die, vanwege hun aard, niet als 'nul-impact' op het milieu worden beschouwd.

Tegenwoordig wordt eindelijk erkend dat “er in principe geen twijfel over kan bestaan ​​over de legitimiteit van het gebruik van ‘groene’ claims, zelfs met betrekking tot producten (zoals in dit geval dieselbrandstof) die tot op zekere hoogte (en blijven) mate vervuilend, maar die, vergeleken met andere, een lagere impact op het milieu hebben".

Eni heeft altijd de waarheidsgetrouwheid van de milieuclaims van Diesel+ gesteund op basis van gedocumenteerd wetenschappelijk bewijs, waarbij de 15% HVO-component die erin zit als groen wordt gedefinieerd en in relatieve termen wordt gespecificeerd dat Diesel+, dankzij deze groene component, minder vervuilend was dan de andere brandstoffen. destijds op de markt verkocht. En dit was waar en ondubbelzinnig.

De juistheid van de acties van Eni wordt dus bevestigd met betrekking tot een beschuldiging die vaak op een volkomen oneerlijke en instrumentele manier is gebruikt om op ongegronde wijze de emissiereductie-eigenschappen van haar biobrandstoffen te verminderen, die tegenwoordig ook in pure vorm worden gedistribueerd, waardoor de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen verder wordt verbeterd. klimaatveranderende emissies.

Abonneer je op onze nieuwsbrief!

Eni. Raad van State annuleert de AGCM-bepaling in de Diesel+-zaak en definieert het concept van ‘groene claim’